De persoonlijke papieren van Jean Van Lierde

De papieren van Jean Van Lierde vormen als het ware een geschiedenis van het gewetensbezwaar in België, gaande van het proces van Hem Day en Léo Campion in 1933 tot de uiteindelijke erkenning van het statuut in 1964. Zij bevatten eveneens belangrijke documenten over de “War Resisters' International (WRI)” (in Vlaanderen “Vredesactie”) en andere Europese vredesbewegingen. Men vindt er ook een aanzienlijke collectie pacifistische tijdschriften uit diverse landen gaande van de jaren 1950 tot 1990. Dit fonds beslaat 30 strekkende meter documenten. Aan de inventarisering wordt gewerkt.

Jean Van Lierde (1926-2006) werd geboren in een eenvoudig katholiek gezin. Op vijftienjarige leeftijd moest hij noodgedwongen van school en naar de fabriek. In 1942 trad hij toe tot de weerstand en ging hij clandestiene bladen en anti-nazi vlugschriften verspreiden. Hij is dan ondergedompeld in de katholieke leefwereld en is actief binnen de christen-democratische beweging en de scouts. Maar door zijn aanwezigheid op tal van vergaderingen en meetings ontmoet hij communisten, socialisten en libertairen. In 1949 wordt hij veroordeeld tot vijftien maanden gevangenisstraf wegens weigering van de dienstplicht. Na zijn vrijlating wordt hem de toegang tot de parochie geweigerd en wordt hem zijn functie bij de scouts afgenomen. Drie jaar later beslist de militaire overheid zijn legerdienst te vervangen door een periode van gedwongen arbeid en wordt hij als mijnwerker naar de Bois du Cazier in Marcinelle gestuurd. Omwille van zijn vakbondsactiviteit wordt hij na zes maanden ontslagen en op de index geplaatst van alle Belgische koolmijnen. Jean Van Lierde stort zich dan in de actieve strijd, ondermeer binnen de “War Resisters' International (WRI)”, ter verdediging van het gewetensbezwaar en het pacifisme en tegen het kolonialisme. In 1958 wordt hij een van de medeoprichters van de CRISP (Centre de Recherche et d’Information Socio-Politiques) waar hij gedurende 25 jaar de secretaris-generaal blijft.